Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-12-2022

Johannes ter GOUW

betekenis & definitie

Nederlands geschiedschrijver (Amsterdam 16 Dec. 1814-Hilversum 9 Jan. 1894), was van 1832-1866 werkzaam bij het openbaar onderwijs te Amsterdam, waarna hij zich geheel wijdde aan historische, heraldische en genealogische onderzoekingen. Deze autodidact bracht een omvangrijk oeuvre tot stand, dat grote belangstelling trok.

Zijn hoofdwerk, de Geschiedenis van Amsterdam (tot de Alteratie in 1578), is weliswaar op vele punten verouderd, maar nog steeds onmisbaar. De tekorten op philologisch en staatsrechtelijk gebied treden duidelijk aan de dag, doch het werk blijft een rijke bron voor de middeleeuwse geschiedenis van Amsterdam. Het gemeentebestuur kende Ter Gouw in 1885 een jaargeld van ƒ 800.—toe wegens zijn bijzondere verdiensten.

j. z. KANNEGIETER

Bibl.: Amsterdam. Oorsprong en afleiding van de namen der grachten enz. Onder pseud. Johannes Aurelius (1858; 2de dr. onder eigen naam, 1859); Amsterdam.

Oorsprong en afleiding van de namen der grachten, enz., 2de stuk (1865); Bekn. hist. overzigt der Nat. Schoolwetgeving (1862); De gilden (1866); De uithangteekens, met J. van Lennep, 2 dln (1867); Het boek der opschriften met J. van Lennep (1868); Nederl. gesch. en volksleven in schetsen (met J. van Lennep en W. Mo 11, 4 dln, 1869-1872); De volksvermaken (1870); Kijkjes in de oude schoolwereld, 2 stukjes (1870-’71); Amstelodamiana (2 dln, 1873); Gesch. van Amsterdam, 8 dln (1879-1892); Een nieuw boekje over de oorsprong en de afleiding van de A’damsche straatnamen (1893; uitgeg. door J. E. ter Gouw, 1896); Verzen en rijmen (uitgeg. door J.

E. ter Gouw, 1914).

Lit.: Maand bl. Ned. Leeuw, XII (1894), blz. m;J. van Vloten, Nederl. dichten ondicht enz., dl II (i868),blz.452;Amstelodamum 1914, blz. 102; ld. 1915, blz. 7; Amstelodamiana, 3de dr., dl II, blz. 442; De uithangteekens, Sijthoff-ed., dl III, blz. 244; M. F. van Lennep, Het leven van mr.

Jacob van Lennep, dl II, blz. 252, 261, 263, 264, 269, 273 (1910); J. Z. Kannegieter, School toestanden in het midden der vorige eeuw (in: Paed. Studiën VII. 1926, blz. 293).

< >