Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 24-01-2022

Jelle smit bouma

betekenis & definitie

of Gellius Faber, later toegenaamd de Bouma, Fries godgeleerde in de Hervormingstijd (Leeuwarden ca 1490 - Emden 2 Juni 1564), bestemd voor de geestelijke stand, werd pastoor te Jelsum, alwaar hij reeds vroeg, misschien al sedert 1514, in Evangelische geest predikte, doch zo, dat hij geen aanstoot verwekte. Zijn bezwaren waren de algemene van zijn tijd: pausdom en eucharistie.

Eerst in 1536 moest hij uitwijken. Hij werd toen predikant in Oost-Friesland, te Norden en vervolgens in 1538 te Emden. Er is onzekerheid of hij dichter bij Luther dan wel bij Zwingli stond. Zijn arbeid te Emden wijst op echte Gereformeerdheid. Zijn geslacht bleef zijn beginselen trouw.Lit.: G. Udemans, G. de B., Catechismus. Mitsgaders een samenspraeck van *t H.-Avondmael (Haarlem 1636); Catechesis religionis reformatae analysi illustrata (1651); E. Meiners, Oostvrieschlandts kerk. gesch., I, 209-214; Het Prot. Vaderland, I, 542-544; L. Knappert, Het ontstaan en de vestiging van het Protestantisme (1924), 116; Reitsma-Lindeboom, Gesch. van de Hervorming (1933), 78.

< >