Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 07-02-2022

Jacob van der DOES

betekenis & definitie

(1), gezegd Tamboer, Nederlands schilder, tekenaar en etser (Amsterdam 4 Mrt 1623 - Sloten 17 Nov. 1673), was leerling van Nicolaas Moeyaerd. Van I644-’48 heeft hij te Rome gewerkt.

Hij schilderde Italiaanse landschappen met vee. Hij was in 1656 een der stichters van de Haagsche Schildersconfrerie. In 1661 werd hij secretaris van Sloten.Hij had twee zoons, Jacob (’s-Gravenhage, ged. 26 Jan. 1661 - Parijs 1699), die een leerling van Karei Dujardin is geweest, en Simon, dierschilder en etser (Amsterdam iÖ53/’54 - Antwerpen na 1717), die in Den Haag en ook in Londen, Brussel en Antwerpen heeft gewerkt.

(2) Nederlands staatsman (Leiden ca 1500 - Rhoon 1577), was de zoon van een schout van Leiden en werd in 1541 zelf schepen en lid van de vroedschap. Als lid van de Ridderschap werd hij in 1572 een der Raden nevens Z.Exc. en daardoor tijdens het beleg de aangewezen raadsman van de magistraat. Met zijn neef Jan en Jan van Hout droeg hij veel bij tot het standvastig doorstaan van het beleg, al was hij te oud om er actief aan deel te nemen; na de dood van Bronkhorst trad hij op als waarnemend gouverneur. Na het ontzet bleef hij als gouverneur voor de prins werkzaam.

Lit.: R. Fruin, Verspr. Geschr. II: Het beleg en ontzet van Leiden (1900).

< >