(Icarius)
(1), volgens de Griekse mythologie een heros uit Ikaria in Attika, bereidde de god Dionysos een gastvrije ontvangst, waarom deze hem de wijnbouw leerde. Toen hij nu rondtrok door Attika om deze te verbreiden en de wijn liet proeven, sloegen de boeren, menend dat het vergif was, hem dood en begroeven hem onder een boom. Zijn dochter Erigone (erigonee) hing zich uit droefheid aan die boom op. Zeus plaatste nu volgens sommigen Ikarios aan de hemel als Boötes of Arcturus, Erigone als de Maagd en haar hond Maira, die haar het graf gewezen had, als Sirius. De Atheners werden gestraft, doordat hun dochters, tot razernij gebracht, het voorbeeld van Erigone volgden. Ten einde de godheid te verzoenen stelde men nu ter ere van Erigone de Aiora (schommelfeest) in, waarbij verschillende aan bomen opgehangen voorwerpen in beweging werden gebracht, meisjes schommelden en de eerstelingen der druiven aan Erigone en Ikarios werden gewijd. Ook werd een spel gespeeld, waarbij de mannen op opgeblazen zakken dansten.
Waarschijnlijk is het verhaal over Ikarios en Erigone een zgn. aetiologische mythe, verzonnen om de oeroude plechtigheid van het schommelfeest te verklaren. De zin van dit schommelen, dat ook elders bij feesten voorkwam, is onzeker. Men ziet er een reinigings- of een vruchtbaarheidsritus in.
(2) was de vader van Penelope.