of vèr-ziendheid is een afwijking in het refractievermogen van het oog, zó dat lichtstralen, die evenwijdig op het hoornvlies invallen, na gebroken te zijn zich, in plaats van op, achter het netvlies verenigen. Er worden dus in dat geval geen scherpe beelden gevormd, tenzij er wordt geaccommodeerd (z accommodatie).
De hypermetropie is de brekingsafwijking, die verreweg het meest voorkomt; zij is gewoonlijk aangeboren en niet zelden hereditair. Meestal is zij het gevolg van een te kort zijn van de lengte-as van het oog; soms zijn de brekende oppervlakken te weinig gekromd. Ontbreken van de lens maakt het oog sterk hypermetroop. Gewoonlijk is de gezichtsscherpte op afstand goed; door accommodatie wordt de brekingsafwijking gecompenseerd. Bezwaren komen, wanneer voor het dichtbij zien de taak voor de accommodatie-spieren te zwaar wordt; zij doen zich voor bij langdurig verrichten van fijn werk, lezen, schrijven, tekenen, borduren, e.d., vooral bij kunstlicht. De lijders klagen over pijn in de ogen en pijn in het voorhoofd of op andere plaatsen van de schedel.
Niet zelden zijn de bindvliezen rood, er ontstaat tranenvloed en een gevoel van branden, terwijl alles op korte afstand onscherp schijnt. Dikwijls gaat, vooral bij kinderen, scheelzien er mee samen. Behalve van het werk en van de leeftijd hangen de klachten ook af van de graad der verziendheid en van de algemene toestand, want bij spierzwakte wordt ook de accommodatiespier spoedig vermoeid. Op hogere leeftijd, na het 45ste jaar, als het accommodatievermogen vermindert, doen de bezwaren van de verziendheid zich sterker gevoelen. De stoornis kan gewoonlijk gemakkelijk verholpen worden door het gebruik van bolle (convexe) brilleglazen (z refractie van het oog; bril).