(Georgij) Sovjet-maarschalk (Sterkowka, bij Kaloega 2 Dec. 1896), was in Wereldoorlog II de man voor kritieke situaties, die steeds met het bevel over die sector van het Russische front werd belast waar op een bepaald moment een beslissing moest worden bevochten. Hij was van boerenafkomst, werd metaalarbeider en in 1915 soldaat.
Dank zij een zekere ontwikkeling en zijn meermalen gebleken dapperheid werd hij al spoedig onderofficier en daarna vaandrig. Eind 1917 ging hij over naar de communistische strijdkrachten en klom tijdens de burgeroorlog op tot de rang van regimentscommandant. In 1919 werd hij lid van de communistische partij.Hij had een open oog voor de in de winteroorlog met Finland gebleken tekortkomingen in de Russische legers en samen met maarschalk Timosjenko voerde hij belangrijke hervormingen in. Daarop kreeg hij als opvolger van Timosjenko het opperbevel over het militaire district Kiew en als zodanig leidde hij in 1940 de bezetting van Bessarabië. In Febr. 1941 werd hij benoemd tot chef van de generale staf van het Rode Leger en vice-commissaris voor de landsverdediging.
In Oct. 1941, toen tijdens het Duitse offensief in de centrale sector de staat van beleg voor Moskou met omgeving werd afgekondigd, verving Zjoekow Timosjenko als verdediger van de hoofdstad. Hij beloofde het Russische volk dat Moskou nooit zou vallen en wist inderdaad het Duitse offensief tot staan te brengen. In Aug. 1942 werd hij tot volkscommissaris voor de verdediging van de Sovjetunie benoemd. Door Stalin naar het bedreigde front van Stalingrad geroepen organiseerde Zjoekow in de winter 1942/1943 de overwinning van Stalingrad, waarna zijn legers doorbraken tot midden in de Oekraine. Eind 1943 naar de Noordelijke sector gezonden bewerkstelligde hij de definitieve bevrijding van Leningrad. In Jan. 1945 rukten de troepen van het Witrussische front onder opperbevel van Zjoekow Warschau binnen en stonden twee weken later op Duits grondgebied.
Hierop liet hij onstuimig doorstoten in de richting van Berlijn met het gevolg dat op de 2de Mei te 15.00 uur de Duitse hoofdstad in handen was van de Russen. Maarschalk Zjoekow, de veroveraar van Berlijn, heeft bij de Duitse capitulatie en de eerste tijd daarna op natuurlijke en openhartige wijze samengewerkt met generaal Eisenhower, de geallieerde opperbevelhebber. Vermoedelijk heeft dit er toe bijgedragen dat hij daarna lange tijd door politieke tegenstanders op de achtergrond is gehouden; in verband met zijn grote populariteit en zijn a-politieke mentaliteit werd hij in Apr. 1946 ontslagen als bevelhebber in Duitsland en op 23 Juli d.a.v. tot commandant te Odessa benoemd. Eerst na de dood van Stalin werd hij door Malenkow teruggeroepen van het commando te Odessa en in het nieuw gevormde ministerie opgenomen als plaatsvervangend minister van Oorlog (1953).
LUIT.-GEN. D. A. VAN HILTEN.