zich noemende Sergo, Georgisch communist (Goresja, Georgië, 28/15 Oct. 1886 - Moskou 18 Febr. 1937), sloot zich in 1903 aan bij de R.S.D.A.P., nam in Abchazië deel aan de revolutie van 1905, bracht jaren door in verbanning en gevangenis (Schlüsselburg, Jakoetië) en emigratie (Duitsland, Frankrijk, Perzië). In 1912 werd hij tot lid van het Centraal Comité der bolsjewistische partij gekozen.
In 1917 teruggekeerd uit de verbanning, bekleedde hij tijdens revolutie en burgeroorlog belangrijke posten. O.a. vestigde hij de sovjetmacht in Georgië en Armenië, waar hij tot 1926 partijsecretaris bleef. Sinds 1930 tot zijn dood had hij de leiding van de opbouw der zware industrie, waaraan Stalin tot taak had gesteld de achterstand van 50 a 100 jaar bij het Westen in tien jaar in te halen. Sinds 1930 was hij lid van het Politiek Bureau der C.P.Bibl.: Uitgekozen artikelen en redevoeringen (Moskwa 1939).