Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 18-10-2023

Gijsbert Jan van HARDENBROEK

betekenis & definitie

baron (De Bilt ged. 11 Jan. 1720 - Utrecht 20 Febr. 1788), behoorde tot het oude riddergeslacht der Wulvens te Utrecht. Op zijn 23ste jaar kwam hij in het bestuur van de provincie Utrecht en werd in 1746 rentmeester-generaal van de Utrechtse domeinen, wat hij tot zijn dood bleef.

Hij werd daarnaast nog enige tijd afgevaardigde in de admiraliteit van het Noorderkwartier (Holland). In 1758 kreeg hij belangrijker ambten, waarvan de ongunst van de gouvernante hem eerst afgehouden had. Hij werd lid van de Utrechtse ridderschap, extra-ordinaris raad in het Hof, lid van de Amsterdamse kamer van de V.O.C. en van de admiraliteit en in 1767 gedeputeerde ter Staten-Generaal, waar hij tot 1785 zitting had, meermalen als voorzitter en enige tijd ook als lid van het Geheim Besogne * voor buitenlandse zaken. Voorts was hij sedert 1781 voorzitter van de Ridderschap. Na 1785 wijdde hij zich uitsluitend aan zijn Utrechtse ambten. Wijd was aldus zijn werkkring, met vele hooggeplaatste personen kwam hij voortdurend in aanraking, in vele geheime zaken werd hij ingewijd, vandaar het zeer grote belang van zijn merkwaardige Gedenkschriften, die van 1747 lopen tot tien dagen voor zijn dood.

Vooral van de latere jaren zijn zij zeer uitvoerig en geven zij de gesprekken van vele hoofdpersonen uit die dagen nauwkeurig weer. Veel eigen opinie heeft hij niet, maar hij vertolkt de opvattingen van de gematigde Utrechtse oppositie tegen prins Willem V, wiens beleid hij meer en meer afkeurde.Bibl.: Gedenkschriften, ui tg. door Krämer en Van der Meulen in Werken Hist. Genootschap, 6 dln (1901-1918).

< >