Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-12-2022

Gian Vincenzo GRÀVINA

betekenis & definitie

Italiaans rechtsgeleerde, maecenas en schrijver (Roggiano, prov. Cosenza, 20 Febr. 1664 - Rome 6 Jan. 1718), studeerde o.a. te Napels, was sedert i6gg hoogleraar in burgerlijk recht en sedert 1703 ook in canoniek recht aan de „Sapienza”-universiteit te Rome.

Zijn faam als jurist was zeer verbreid. In 1690, na de dood van koningin Christina van Zweden, was hij een der 14 oprichters van de Arcadia (z academie, Italië: Arcadia), die hij geheel naar zijn ideeën schiep; hij zelf schreef in het Latijn haar grondregels, naar het model der Oudromeinse XII Tafelen. Na de eerste breuk in de Arcadia zou hij juist een leerstoel te Turijn aanvaarden, toen hij stierf, in de armen van zijn leerling en erfgenaam, de door hem ontdekte dichter Metastasio. Gravina heeft verzen, tragedies en geleerde Latijnse werken geschreven; onder zijn Italiaanse geschriften staat echter bovenaan zijn Ragion poëtica in 2 boeken (Roma 1708), waarin hij zijn belangwekkende aesthetische theorieën ontwikkelt in een pakkende, krachtige stijl,MR H. VAN DEN BERGH

Bibl. (voorn. werken) : Delle antiche favole (Roma 1696) ; Della tragedia, I (Napoli 1715); Del governo civile di Roma (Napoli> Franse drukkerij, 1828). Vrijwel alle manuscripten van G.’s werken zijn in de Nat. Bibl., Napels. Opera Omnia (Leipzig 1717) in 40.

Lit.: o.a. G. B. Passeri, Biografia di G.

V. G. (Venezia 1768) , V. Julia, Saggio sulla vita e le opéré di G. V.

G. (Cosenza 1880) j voorts de werken genoemd bij „Arcadia” (z sub academie, Italiër Arcadia).

< >