Amerikaans ingenieur (Brooklyn, N.Y., 29 Juni 1858 New York 21 Jan. 1928), behaalde het officiersdiploma aan de militaire academie te West Point in 1880, waarna hij snel opklom bij de genie, in 1900 majoor bij de genie van het Amerikaanse leger werd en in 1915 generaal-majoor. Zijn voornaamste roem behaalde hij door zijn werkzaamheden aan het Panamakanaal (1907-1914).
Hier toonde hij niet alleen een groot talent als waterbouwkundig ingenieur, maar ook een bewonderenswaardige gave om te organiseren en te leiden. Hij was de ziel van de commissie van de kanaalbouw, en zorgde vooral voor de gezondheid en huisvesting der arbeiders en technici, wat in dit ongezonde klimaat, met zijn voortdurende malaria, boven alles nodig was: door de muskietenplaag te bestrijden kwam het Panamakanaal tot stand. Vandaar dat hij na de voltooiing benoemd werd tot de eerste burgerlijke gouverneur der kanaalzone (1914-1916), waarna hij uit het leger trad. Toen de V.S. op het punt stonden aan Wereldoorlog I mee te doen, werden aan Goethals vele ambten aangeboden; hij accepteerde in 1917 dat van hoofdingenieur van New Jersey en werd nog in hetzelfde jaar leider van de „Emergency-fleet-organisation” der Republiek (Apr.-Juni 1917); in Febr. 1918 werd hij leider van de voorziening van benodigdheden voor het leger der V.S., tot hij daarvan in Mrt 1919 ontheven werd.
Hij bleef nog adviserend ingenieur van de stad New York.