naam door E. du Bois-Reymond in zijn in 1872 te Leipzig gehouden rede Ueber die Grenzen der Naturerkenntnis gegeven aan de door Laplace in zijn Essai philosophique sur les probabilités ingevoerde fictie van een intelligentie, die op een gegeven ogenblik alle in de natuur werkende krachten en de positie van alle haar samenstellende delen zou kennen en al deze gegevens wiskundig zou kunnen behandelen. Deze fictie vervult een belangrijke functie in discussies over het al of niet gedetermineerd zijn van de natuurverschijnselen.
Lit.: Ph. Kohnstamm, Vrije wil of determinisme (Haarlem 1947).