ook wel carobben- of locustbeangom genoemd, is afkomstig van de zaden van de Johannesbroodboom Ceratonia siliqua L., die voor 80 pct galactomamaan, een polymeer, bestaande uit galactose en mannose, bevatten. Door de zaden van de zaadhuid en de kiem te bevrijden, kan men na extractie van het endosperm de gattogom verkrijgen, die voor 83,5 pct uit mannose en voor 16,5 pct uit galactose bestaat.
Deze gom komt als wit poeder in de handel en geeft met koud, doch beter met warm water een dik visceuze oplossing; 1-2 pct is daartoe voldoende; door toevoeging van borax en sterke loog, wordt de oplossing dik; door toevoeging van aardalkaliën treedt uitvlokking op, doch zuren verlagen de viscositeit. Aanvankelijk werd het product vooral als lijm- en appreteermiddel gebruikt en later vooral in de papierindustrie ter versterking van het papier. Het is gebleken, dat de gattogom goede diensten kan verlenen bij het opromen van Hevea-latex; 1,5-2 g per 1 (afhankelijk van de kwaliteit) zijn daarvoor nodig. Uit 1000 pond vruchten kan men 100 pond zaad krijgen, waaruit men 35 pond gom winnen kan.DR A. KLEINHOONTE
Lit.: Mantell, The Water Soluble gums p. 122-126 (New York 1947); G. E. van Gils, Oproommiddelen voor Hevea latex, in De Bergcultures 18, (1949) P 349.
