Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-01-2023

Friedrich Eduard KÖNIG

betekenis & definitie

Luthers theoloog en Oudtestamenticus van behoudende (gematigd critische) richting (Reichenbach 15 Nov. 1846 Bonn 11 Apr. 1930), was docent en hoogleraar te Leipzig, te Rostock en sedert 1900 te Bonn. Hij was een der vruchtbaarste auteurs op het terrein van het Oude Testament onder de Protestantse theologen.

Zijn betekenis was vooral gelegen in de toepassing der vergelijkende methode op de Hebreeuwse taalkunde en in zijn polemiek tegen de evolutionistische opvatting van de Israëlietische godsdienstgeschiedenis.Bibi.: Historisch-kritisches Lehrgebäude der hebräischen Sprache, 3 dln (Leipzig 1881, 1895, 1897), van belang nog heden dl III: Syntax; Hermeneutik des A.T.’s (1916); Deuteronomium (1917); Theologie des A.T.’s (Stuttgart 1922); Hebr. u. aram. Wörterbuch zum A.T. (2de ed., Leipzig 1922); Die messianischen Weissagungen des A.T.’s (Stuttgart 1923); Gesch. der alttestamentl. Religion (4de ed., Gütersloh 1924); uitvoerige commentaren op de bijbelboeken Genesis (2de dr. 1924); Jesaja (1926); Psalmen (1927); Hiob (1929).

< >