stad in de Italiaanse provincie Perugia, op 42o 57' N.Br. en 12° 44' O.L.v.Gr. op 235 m boven de zee in het vruchtbare dal van de Topino gelegen. De 44 605 inw. tellende plaats is de voornaamste handels- en industriestad van Umbrië; de locale industrie omvat fabrieken voor wol, flanel en vilt, benevens zijde, leer, kaarsen, zeep en suiker.
De stad is gelegen aan de spoorlijn Rome - Ancona en aan de lijn naar Perugia. Foligno, zetel van een aartsbisschop, wordt omgeven door muren die de in een vierkant gebouwde stad omsluiten. Er bevinden zich talrijke bouwwerken, zoals de kathedraal, de Santa Maria infra Portas en de San Niccoló, verschillende kerken bevatten schilderingen van Umbrische meesters; in het stadhuis is een museum, dat Romeinse sculpturen en schilderijen bevat. Ook zijn er verschillende paleizen van voorname families. De familie Trinci, die van 1305-1439 de stad (het oude Fulginium) in bezit had, bouwde ook het mooie kasteel van S. Eraclio, op enige afstand van Foligno gelegen. Het fraaie gebouwencomplex van de abdij van Sansovivo (1229) bevindt zich op ruim 3 km ten O. van de stad. Foligno, dat een der vroegste centra van boekdrukkunst in Italië was, heeft in Wereldoorlog II zeer zwaar geleden.