Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 23-01-2023

FELIX (paus)

betekenis & definitie

is de naam van verschillende pausen en tegenpausen.

Felix I (269-274), heilige; ten gevolge van een vergissing wordt hem de marteldood onder keizer Aurelianus toegekend (30 Dec. 274).

Felix, ten onrechte soms de IIde genoemd, tegenpaus van 355-358; na de verbanning van paus Liberius (355), werd hij door de Ariaanse partij tot paus verheven, doch moest na de terugkeer van Liberius in 358 afstand doen van zijn waardigheid; hij stierf vergeten te Porto, 22 Nov. 365.

Felix II, ten onrechte soms de IIIde genoemd (483-492), heilige; ijverig tegenstander van de Monophysieten, verwierp het Henotikon, een geloofsedict dat wegens zijn dubbelzinnigheid noch Katholieken noch Monophysieten bevredigde en dat door keizer Zeno persoonlijk, buiten een synode om, was uitgevaardigd en derhalve een van de gevaarlijkste uitingen van caesaropapisme betekende. Hij sloot Acacius, patriarch van Constantinopel en mede-opsteller van het Henotikon, buiten de Kerk en zo ontstond in 484 de eerste scheuring tussen de Latijnse en de Griekse Kerk, genaamd het Acaciaanse schisma, die voortduurde tot in 518. Hij stierf 1 Mrt 492.

Felix III, ten onrechte soms de IVde genoemd (526-530), heilige; werd onder invloed van Theodorik de Grote gekozen en nam actief deel aan de bestrijding van het Semi-pelagianisme. Hij stierf 22 Sept. 530.

Felix V (1439-1449), de laatste tegenpaus, te voren Amadeus VIII*, hertog van Savoye.

DR V. MOREL O. CAP.

Lit.: J. Stutz, Felix V, in: Zeitschrift f. Schweiz. Kirchengeschichte XXIV (1930).

< >