{Emmerich), een stad in Duitsland, in het Land Noord-Rijnland-Westfalen, op de rechteroever van de Rijn, niet ver van de Nederlandse grens, ligt aan de spoorlijn Oberhausen Emmerik Zevenaar, heeft een Nederlands karakter en telt (1939) 16 381 inw. De Aldegundiskerk met mooie Gothische toren en drie even hoge beuken dateert van 1145, de Martinuskerk in overgangsstijl uit de 11de en 12de eeuw.
In 1592 werd er een Jezuïetenschool gesticht, die in haar bloeitijd meer dan 2000 leerlingen telde, doch in 1811 werd opgeheven; sedert 1832 is er een R.K. seminarium. De voornaamste bronnen van bestaan zijn de Rijnvaart, het grensverkeer (douanestation) en de industrie (w.o. verschillende Nederlandse bedrijven), waarin tal van Nederlandse arbeiders werk vinden.Emmerik is een zeer oude plaats. Reeds in 697 vinden wij haar onder de naam Villa Embricensis of Embrica vermeld. In 1247 werd zij door graaf Otto van Gelder met muren omgeven, waarna handel en nijverheid zich sterk ontwikkelden. In 1311 werd de Rijntol naar Emmerik verlegd. Door verpanding in 1355 en 1371 en door verkoop in 1405 kwam de stad aan Kleef. In 1406 behoorde zij tot de Hanze en men vermeldt, dat zij in de 15de eeuw 40 000 inw. telde. In 1556 werd er de Hervorming ingevoerd. Nadat zij in 1609 met Kleef aan Brandenburg was toegekend, werd zij in 1614 door Maurits van Nassau bezet en versterkt. Door Lodewijk XIV kregen de R.K. in 1672 hun kloosters en kerken terug. Sedert 1815 behoorde zij aan Pruisen.
Lit.: F. Göbel, Emmerich einst und jetzt (3de dr. 1922).