Frans rechtsgeleerde (Parijs 17 Oct. 1549 Straatsburg 7 Sept. 1622), studeerde rechten in Leuven, Keulen en Heidelberg en keerde in 1573 naar Parijs terug. Als aanhanger van de Hervorming moest hij in 1579 Frankrijk verlaten en begaf zich naar Genève waar hij in 1585 hoogleraar werd en lid van de Raad van Tweehonderd (1587).
Koning Hendrik IV benoemde hem in 1589 tot „grand bailli” van het land van Gex, maar spoedig moest hij de vlucht nemen naar Bazel. In 1591 werd hij professor in Straatsburg, in 1600 in Heidelberg. Zijn naam blijft verbonden aan zijn voortreffelijke uitgave van het Corpus Juris cum notis (1583; beste editie Elzevier, Amsterdam 1663 en Leipzig 1740).Bibl.: Epitome Feudorum Etc. (1586); Praxis civilis (1595)» 2 dln folio; De l’autorité temporelle des Papes (1600); Consuetudines civitatum et provinciarum Galliae (1598).
