gemeente in de provincie Overijsel, telt op 8820 ha (1948) 8003 inw., waarvan (1930) 84 pct R.K. en 14 pct Prot. Zij omsluit de gemeente Ootmarsum en bestaat geheel uit zandgrond, uitgezonderd de smalle stroken langs de Dinkel, de Gele beek, Rammelbeek, Sombeek en Roetinkbeek.
Ruim 64 pct van de opp. is cultuurgrond, waarvan ca ⅗ grasland en ⅖ bouwland. Landbouw in gemengde bedrijven is hoofdmiddel van bestaan; daarnaast vindt een niet onbelangrijk deel van de bevolking werk in de Twentse textielindustrie (voor de oorlog vooral ook in de Duitse textielnijverheid in Nordhorn). De in de gemeente gevestigde industrie omvat o.m. een wasserij, bandfabriek en een zuivelfabriek.Tot de gemeente behoren de dorpen Denekamp, Lattrop en Tilligte en de buurtschappen Denekamp, Noord-Deurningen, Breklenkamp, Oud-Ootmarsum, Nutter, Groot-Agelo en Klein-Agelo. Het dorp Denekamp heeft een ten dele 13de eeuwse kerk en het met steun van verschillende Twentse gemeenten gestichte (natuurhistorisch) museum „Natura Docet”. Op korte afstand van het dorp Denekamp ligt, aan 3 zijden omspoeld door de Dinkel, de oude havezate Singraven.
Lit.: Die in den Degenkamp verwon, werd van St. Nikolaas gezegend (4de dr. Denekamp 1916; gids); K. Döhmann, Singraven (4 dln, 1934).