ligt in het landschap Davos, een 17 km lang en open hoogdal in de Rhaetische Alpen (Kanton Graubunderland), dat zich in Z.W. richting uitstrekt van het Wolfgangjoch, waarvoor het meer van Davos ligt, tot aan het dal van de Albula. De Landwasser stroomt in een brede dalvlakte, temidden van weilanden naar het meer van Davos, dat 1,4 km lang en 0,6 km breed is.
Het vormt een natuurlijk stuwmeer, waarvan het water gebruikt wordt voor de nieuwe electrische centrale van Küblis. De berghellingen zijn tot 1800 à 2000 m met bossen bedekt. Het gebied dankt zijn gunstig klimaat vooral aan zijn hoogteligging en aan zijn beschutte ligging. Ook in de winter is er veel zonneschijn.
De bewolking is betrekkelijk gering. Er is weinig nevel, neerslag en wind. De gem. zomertemp. is er 8,5 gr. C., de gem. wintertemp. -3,4 gr.
C.In het landschap Davos liggen de dorpen Laret, Wolfgang, Davos-Dorf (1564 m), Davos- Platz (1560 m), Frauenkirch, Glaris, Monstein. Het voornaamste dorp is Davos-Platz, dat een oude kerk en een oud raadhuis bezit. Het is een wereldberoemde herstellings- en toeristenplaats (winter- en zomersport). Er zijn veel hotels, pensions, sanatoria (w.o. een Nederlands). Verder zijn er een Nederlandse Club en enkele wetenschappelijke instituten.
Het landschap Davos had in 1850 nog slechts 1860 inw., in 1941 bedroeg het aantal reeds 9259. Veeteelt wordt uitgeoefend door de boerenbevolking. Van Chur (Rijndal) uit is Davos, zowel door het Landquartdal (Prätigau) via Klosters als door het Albuladal via Thusis gemakkelijk te bereiken.
DR J. VISSCHER
Lit.: J. Ferdmann, Die Anfänge des Kurortes D. bis zur Mitte des 19. Jahrh. (1938).