(Russisch Dwinsk, Duits Dünaburg), stad in de Lettische Sovjet-Republiek, ligt op 55° 52' N.Br. en 26° 33' O.L. v. Gr. aan de rechteroever van de Daugawa (Düna) en telt 45 160 inw.
De plaats is een kruispunt van spoorwegen; er is handel in vlas, hennep en hout. Dünaburg werd in 1274 door de grootmeester van de Lijflandse Orde, Ernst, gesticht en was in Poolse tijden een starostei van Lijfland. Het behoorde sinds 1577 achtereenvolgens aan Rusland, Polen, Rusland, Polen en werd in 1772 weer Russisch. In 1915 en 1916, gedurende Wereldoorlog I, werd de sterke vesting herhaaldelijk door de Duitsers beschoten en hadden in haar nabijheid hevige gevechten plaats.
In 1920 kwam de stad aan Letland, in 1941 werd zij door de Duitsers bezet, doch in 1944 door de Russen heroverd.