beroemd Frans dichter en romanschrijver uit de tweede helft van de 12de eeuw. Misschien begonnen als wapenheraut (vgl.
Gaston Paris), is hij lange tijd hofdichter bij gravin Marie de Champagne geweest, voor wie hij zijn Lancelot schreef. Zijn laatste werk (Perceval) draagt Chrétien op aan een nieuwe beschermer, Philips van de Elzas, graaf van Vlaanderen. Chrétien was een der meest gevierde dichters van zijn eeuw en ontleende zijn stof meestal aan de Bretonse sagenkring der Tafelronde. Hij onderscheidde zich bij de behandeling daarvan door vindingrijkheid en fraaie stijl.
Hij was een der beste kenners van de menselijke ziel in die dagen, toen de psychologie der dichters nog houterig haar uitdrukking zocht. In zijn werken speelt de liefde een grote rol en met fijnzinnigheid geeft hij haar wegen aan. Vooral Yvain ou le chevalier au lion is een der eerste en beste liefdesanalysen van de Franse letterkunde. Zijn verbeelding uit zich in weelderige beschrijvingen van tournooien en feesten, en een opeenvolging van wonderbaarlijke gebeurtenissen, die zijn wereld tussen werkelijkheid en feërie plaatsen.
Hij was ook een van de eerste lyrici in Noord-Frankrijk. Zijn roem en zijn invloed berusten op zijn epische voortbrengselen in verzen, die overal, vooral echter in Duitsland, nagevolgd werden.PROF. DR M. VALKHOFF
Bibl.: Erec et Enide (uitg. door W. Foerster, Christian von Troyes Sämtliche Werke, III (Halle 1890); Cligès (Foerster, idem I, 1884); Lancelot (uitg. in 1899 door Foerster, IV); Yvain (uitg. door Foerster, II); Li contes del Graal ou Perceval (uitg. door A. Hilka, idem, V: Der Percevalroman, 1932). Aan Chrétien worden nog toegeschreven: Philoména (uitg.
C. de Boer, Paris 1909) en Guillaume d’Angleterre, door W. Foerster tezamen met de Lancelot uitgegeven.
Lit.: Myrrha Borodine, La femme et l’amour au Xllième siècle d’après les poèmes de C. de T. (1909); W. Foerster, Kristian von Troyes: Wörterbuch zu seinen sämtlichen Werken (1917), waar een voorafgaande studie van 228 blz. aan de schryver gewijd is; Gustave Cohen, Chrétien de Troyes (1931).