Frans rechtsgeleerde (Saveme 20 Juni 1803 - Parijs 13 Mrt 1883), Elzasser van geboorte, studeerde aan de Juridische Faculteit te Straatsburg, waar hij in 1824 de doctorstitel verwierf en in 1830 hoogleraar werd in het burgerlijk recht, tot hij in 1873 lid werd van het Franse Hof van Cassatie. In de nauwste samenwerking met zijn vriend en collega Rau — elke dag confereerden zij samen over het werk — schreven zij hun Cours de droit civil français (eerste uitgave 1838-1847, 5 dln), dat het meesterwerk is geworden van de Franse wetenschap van het burgerlijk recht van de 19de eeuw.
Oorspronkelijk opgezet als een bewerking van de 4de druk (van 1837) van een Duits handboek van K. Zachariae von Lingenthal, maakte het werk van Aubry-Rau zich reeds spoedig er van los en bereikte in de 4de druk in 8 dln, die van 1869 tot 1876 verscheen, zijn hoogste practische zowel als theoretische perfectie. Van 1897-1922 verscheen een 5de bijgewerkte editie in 12 dln.Lit.: J. Bonnecase, L’Ecole de l’Exégèse en droit civil, 2me éd. (Paris 1924); Eugène Gaudemet, L’interprétation du Code Civil en France depuis 1804 (Bâle-Paris 1935).