Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-12-2022

BRINDISI

betekenis & definitie

stad in de Italiaanse provincie Puglie en een uitstekende haven aan de Adriatische Zee, is gelegen op een landtong, door wallen en bastions omgeven, maar behoort toch niet tot de eigenlijke kustvestingen. Zij wordt beschermd door het kasteel Forte a mare op het eiland San Andrea.

Brindisi ligt aan de spoorweg Foggia-Otranto en heeft een spoorlijn naar Taranto (Tarente). Het is de zetel van een aartsbisschop en telt ca 50000 inw. Brindisi is gunstig gelegen als verbindingsplaats tussen West-Europa en het Oosten en is zeer in betekenis toegenomen sedert de voltooiing van het Suezkanaal en de Brenner-, Mont Cenis- en St Gotthardspoorwegen. Het werd de aanloophaven voor de Peninsular and Oriental Steamship Company voor het opnemen en afgeven van de mail (Britsindische postroute) tot aan Wereldoorlog I.

De stad heeft een veilige, door eilandjes beschermde rede, die zelfs aan de grootste schepen een goede ankerplaats biedt (7-18 m diepte). Verder zijn er nog twee binnenhavens, de ene 600 m, de andere 450 m lang. De verbindingsarm met de rede verzandde in de loop der tijden en werd versperd door het doen zinken van met stenen beladen schepen in de eerste helft der 15de eeuw. De binnenhaven werd daardoor een stilstaand water en maakte de omgeving zo ongezond, dat de bevolking, die in de 12de eeuw 60000 zielen bedroeg, aan het einde der 17de eeuw tot 3000 geslonken was.

Koning Ferdinand IV liet in 1775 weer een verbinding met de buitenste haven maken en de moerassige bodem droogleggen. Sedert 1844 heeft de Italiaanse regering het kanaal en een deel van de binnenhaven op een diepte van 4 à 11 m laten brengen, zodat de grootste stoomboten voor de kaden en bij de spoorweg kunnen aanleggen. Het scheepvaartverkeer nam sedert geregeld toe. Talrijke Levant, en Orientlijnen hadden hier haar beginpunt en verbonden de stad met Triëst, Fiume, Istanbul, Smyrna, Alexandrië, Zuid- en Oost-Azië en Australië.

De Lloyd Triestino (de vroegere österreichische Lloyd) liep geregeld Brindisi aan en zorgde voor het vervoer van de Italiaanse post naar het Oosten en het Verre Oosten. De havenbeweging beliep ca 3 J mill. netto reg. ton, het goederenverkeer ca 30000 t. p. jaar en het reizigersverkeer ca 30000 aankomende en vertrekkende personen. De handel is thans van geringe betekenis.Brindisi heette oudtijds Brundisium of Brundusium, ook wel Brentesium, is zeer oud en werd misschien door bewoners van Kreta, volgens anderen door Aeoliërs of door Calabriërs uit Tarente gesticht. Het bleef onafhankelijk tot het door de Romeinen werd ingenomen (268 v. Chr.), die er in 244 een kolonie van maakten. Sedert deze tijd ging de stad aanmerkelijk vooruit, vooral omdat men toen van daar overstak naar Griekenland.

De Via Appia kwam hier, aan haar verst oostelijk uiteinde (waarvan twee zuilen getuigden) samen met de Trajaanse en Tarentijnse heirwegen. Sulla gaf aan de stad vrijdom van belastingen. Toen Pompejus in de haven van Brindisi een vloot verzamelde, trachtte Ceasar hem hier in te sluiten, maar Pompejus redde zich met zijn vloot naar Griekenland. Sedert Justinianus behoorde de stad tot het Oostromeinse rijk; zij werd in 675 door de Langobardische hertog Romuald van Beneventum veroverd.

Later behoorde zij aan de Saracenen (gde eeuw), aan koning Lodewijk II (van 868 af), aan de Byzantijnse keizers, aan Robert Guiscard (1071), deelde in alle lotgevallen van het Siciliaanse en Napolitaanse koninkrijk en speelde in de tijd der Kruistochten een belangrijke rol. In het jaar 1348 had zij veel te lijden van de pest; in 1382 werd zij door koning Lodewijk van Hongarije geplunderd en sinds de verwoesting door Lodewijk van Anjou in 1383 verviel zij. In 1456 werd zij door een aardbeving geheel verwoest. Van 1495-1506 was de stad in het bezit van Venetië.

Eerst in de laatste helft der 19de eeuw is zij opnieuw tot bloei geraakt.

In Wereldoorlog II bezetten de geallieerde strijdkrachten de stad op 12 Sept. 1943; de overgangsregering van Badoglio week toen hierheen uit en werd er gereconstrueerd.

Lit.: Ascoli, La storia di B. (Rimini 1886).

< >