Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 26-08-2022

Bieruma oosting, adriana johanna wilhelmina

betekenis & definitie

Nederlands grafisch kunstenares (Leeuwarden 5 Febr. 1898), schildert en beoefent verschillende grafische technieken (ets, drogenaald, steen), maakt ook aquarellen en pentekeningen. Zij is leerlinge van de Haarlemsche School voor Kunstnijverheid en de Haagsche Academie voor Beeldende Kunsten.

Zij ontving eerst lessen van Frits Grabijn, daarna van Albert Roelofs; later kreeg zij raad en lessen van Willem van Konijnenburg. Van 1929-1940 was zij te Parijs, waar zij o.a. werkte bij André Lhote en op het grafisch atelier van John Buckland Wright en graveren leerde in hout en koper en alle etstechnieken. Zij illustreerde Poe, Baudelaire, La Fontaine e.a., tekende tal van ex libris, waarvan vele in kleuren en schilderde landschap in Zeeland, Limburg, Friesland en Frankrijk; ook stillevens en portretten. Zij heeft een beweeglijke geest.Lit.: J. Schwencke, Exlibris naar dertig teekeningen van A. J. W. B. O. (Maastricht 1929); I d., Exlibris naar dertig teekeningen van A.

J. W. B. O., tweede serie (Maastricht 1934).

< >