Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 26-08-2022

Bevervel

betekenis & definitie

de pels van de bever, is een kostbaar soort bont. Tegenwoordig komt bevervel nagenoeg uitsluitend van de Amerikaanse bever, daar de Europees-Siberische soort vrijwel is uitgeroeid.

Oorspronkelijk werd het vnl. gebruikt voor vilt voor een bepaald soort fijne herenhoeden, zgn. kastoren hoeden; sinds ca 1850 alleen tot bont verwerkt. Bevervellen vormen van oudsher een der voornaamste handelsproducten van de vermaarde Hudson Bay Company. Zij waren vroeger in het gebied van deze maatschappij zelfs waardemeter: 1 vel was 1 pond tabak, 1 pond suiker of 1 dozijn naalden; 20 vellen was 1 vuursteengeweer; 1 vel was gelijk aan 2 otter- of 3 sabeldierpelzen; 1 berenvel was 2 bevervellen, enz. Ten einde het ruilverkeer te vergemakkelijken gebruikte de H.B. Comp. zgn. „tokens”, een soort munt, ter waarde van 1 of ½ vel. De lengte van een vel varieert van 60-100 cm, de staart is 20 bij 10 cm en 2 cm dik.De kleur is in natura kastanjebruin of roodbruin, soms tot bijna zwart of wit. Hoe donkerder het haar, hoe kostbaarder de pels; daarom worden lichtgekleurde exemplaren vaak donker geverfd. Als bont is bevervel ontdaan van de 5-6 cm lange, blauwgrijze bovenharen, meestal door uittrekken met behulp van een scherp mes, bij kragen soms door afscheren tot op de helft. De onderpels is 1-1½ cm dik, blauwgrijs tot geelbruin of zilverwit. De losgemaakte haren van de bovenpels (stekelharen) worden gebruikt voor penselen, zelden bij de viltbereiding.

Door de sterke vervolging worden de bevers met uitsterven bedreigd. De Canadese regering heeft „beverreservaten” ingericht (zie natuurbescherming); bovendien verbiedt zij in bepaalde jaren de vangst geheel (gesloten seizoenen). Men fokt ook wel bevers in pelsdier-„farms”; Canada telde in 1928: 11 beverfarms. De wereldproductie in enkele jaren was als volgt: 1910 ca 80 000 vellen (waarvan 33 000 door de Hudson Bay Company alleen geleverd); 1928 ca 150 000 vellen; 1930 ca 75 000 vellen (invloed van de economische depressie); Canada alleen levert het merendeel;

1926/’27: 100 364 vellen (waarde $ 2 292 871);
1927/’28: 74 338 vellen (waarde $ i 990 789).

(Recente statistische gegevens zijn schaars en onvolledig; de prijs is thans fluctuerend, doch bedroeg vóór Wereldoorlog II ƒ 30,- tot ƒ 90,- per vel).

Bevervel wordt geïmiteerd door geschoren wasbeervellen, terwijl ook de textielindustrie imitatiebever vervaardigt (poolweefsel, zie bont). Bevervel is tegenwoordig niet in de mode en dus niet bijzonder gezocht voor fijn pelswerk. Een bijproduct van de bevervangst voor de vellen is het castoreum (bevergeil).

DR A. D. J. MEEUSE

< >