Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 05-01-2022

Bahia

betekenis & definitie

(1) een staat aan de oostkust van Brazilië (z kaart Brazilië), strekt zich uit van de Rio Grande do Belmonte tot aan de Rio Real. Het kustland, 40-60 km breed, is vruchtbaar, vooral het gedeelte dat de naam Reconcavo draagt en aan de baai gelegen is.

Hier zijn bloeiende vlekken en dorpen, benevens uitgestrekte plantages. De bevolkingsdichtheid is hier dan ook een der grootste van Brazilië. Het binnenland rijst in terrassen allengs omhoog; de 200-250 m hoge hoogvlakten zijn voor de landbouw minder geschikt; veeteelt is hier het middel van bestaan. Bahia levert ongeveer 95 pet van alle in Brazilië verbouwde cacao. Het cacaogebied strekt zich uit van de Rio Requirica ten Z. van de stad Bahia langs de kust tot aan de grens met de staat Espirito Santo. De lengte bedraagt ongeveer 475 km, de breedte wisselt van 10 tot 150 km.

Het zwaartepunt ligt evenwel tussen de Rio Requirica en de Rio Una in het N. met als centrum Ilheos aan de mond van de Cachoeira. Dit gebied levert ongeveer 75 pet van de totale Braziliaanse productie. Het cacaoverbruik in Brazilië zelf is gering, zodat practisch alle cacao (in ruwe vorm) wordt uitgevoerd. Teelt en export werden in Mei I943 genationaliseerd. In 1944 werden 102 000 ton verscheept, waarvan 91 000 ton naar de V.S. In de staat Bahia is heden ten dage een cafeïneindustrie gevestigd met als grondstof cacaopasta.

In een gedeelte wordt een palmsoort (Copernicacerifera) gekweekt, waarvan de bladeren de zgn.carnauba-was leveren.Wat de delfstoffen betreft, is deze Braziliaanse staat een der voornaamste vindplaatsen van mangaan en chroom; magnesium en fosfaten komen eveneens in grote hoeveelheden voor, maar worden nog niet geëxploiteerd. De bodem is ook rijk aan bariumverbindingen; de belangrijkste vindplaats is op het eiland Lamamu. Petroleum is aangeboord langs de oever van de Baia de Todos os Santos. Diamant wordt eveneens aangetroffen, in Chapada Diamantina; hoofdzakelijk zwarte diamanten. De staat Bahia telt 4 292 900 inw. op 529 379 km*. Uitgevoerd worden cacao, suiker, tabak, rijst, maniok, koffie, zuidvruchten en timmerhout.(2), (Sao Salvador de Bahia de Todos os Santos of kortweg Sao Salvador), de hoofdstad van de gelijknamige staat en tot 1763 hoofdstad van Brazilië, werd in 1549 gesticht. Het is thans de vierde grote stad van deze republiek en telt 388 183 inw. (*/„ blanken). De stad is het belangrijke centrum van de cacao- en tabakshandel en bekend om haar sigaren en sigaretten; grote hoeveelheden piassava, cacao, koffie, huiden, enz. worden er verscheept; wijn, manufacturen, machines ingevoerd. Zij is schilderachtig gelegen tegen een berghelling aan de oostzijde van de Allerheiligenbaai, die een ruime haven vormt en bezit talrijke bouwwerken uit de 16de-i 7de eeuw; zij bestaat uit een benedenen bovenstad (Ciudade baixa oïpraya en Ciudade alUt). Het eerstgenoemde deel is het handelscentrum; de bovenstad (60 a 80 m hoog) is het administratieve en het wooncentrum. Een obelisk herinnert aan de landing van koning Johan VI in Jan. 1808.

In het Z. der stad ligt de voorstad Victoria met de kapel da Graga, de oudste kerk van Bahia, in het O. de voorstad Barril (Campo Grande). De stad is zeer sterk en door een menigte vestingwerken, batterijen en forten omgeven. De handel, hoewel zeer aanzienlijk, ondervindt toch zeer de concurrentie van Rio de Janeiro. Tegenover de stad ligt het vruchtbare eiland Itaparica, 35 km lang en tot 10 km breed, met de nederzetting SanGonzalo.

Bahia dankt zijn opkomst aan de Jezuïeten, vooral aan padre Man oei. Het is in 1510 door den Portugees Correa als Sao Salvador gesticht en kreeg in 1549 zijn tegenwoordige naam. In het jaar 1588 verdedigden de Jezuïeten de stad tegen de Engelsen, en van 1623-1625 was zij in het bezit der Nederlanders, die echter door den gouverneur generaal Telles da Silva verdreven werden. In 1763 verloor de stad haar rang als hoofdstad aan Rio de Janeiro; zij bleef evenwel een bisdom. De 10de Febr. 1821 barstte er een omwenteling uit, die den koning van Portugal en Brazilië dwong, de nieuwe constitutie van 1820 aan te nemen. Bahia verschafte gedurende de onlusten in Brazilië in 1821 en later een veilige schuilplaats aan de Portugezen. In Juli 1843 werd een gedeelte der stad door een bergstortmg verwoest.

Onder de oudste voortbrengselen der koloniale bouwkunst te Bahia verdienen de kapel van Sint Antonius dos Velasquez met haar fraaie driedelige gevel, en die van Nossa Senhora da Escada, welke in latere tijd veel verminkt is, de aandacht (17de eeuw). Tot de fraaiste bouwwerken van Latijns Amerika rekent men de Sint Franciscuskerk (1738-1743), een driebeukig bouwwerk met een tamelijk streng uiterlijk in Herrera-stijl, doch van binnen bezield door woelig barok. Dit laatste, in vlammende stijl van Churriquerra, doch met het eigene, meer liefelijke accent der Braziliaanse kunst, vertoont ook het uitwendige van de Kerk der Franciscaanse Derde Orde (begonnen 1706), befaamd om de fraaie geglazuurde tegels, een bijna volledige „Biblia Pauperum”. Om de fel bewogen beeldhouwwerken, o.a. van Manuel Inacio, is de Kerk der Carmel-Derde-Orde beroemd.