Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 23-01-2023

August FOREL

betekenis & definitie

Zwitsers psychiater en entomoloog (landgoed La Gracieuse bij Morges 1 Sept. 1848 - Yvorne 27 Juli 1931), onderscheidde zich reeds jong door grote belangstelling voor de insecten. Geholpen door zijn oud-oom, de entomoloog Alexis Forel, zette hij zich op 8-jarige leeftijd tot de studie van de mieren.

Op het gymnasium nam hij kennis van Darwin’s „The origin of species” en hij vormde zich het denkbeeld, dat bij de dieren zowel als bij de mens de hersenen het centrale orgaan van de ziel waren. „Die Richtung meines Lebens war damit gegeben: Ameisen und Gehirn, beide wurden meine Religion”, schreef hij later in zijn memoires. Zijn eerste werk over de mieren verscheen in zijn studententijd; het werd te Parijs en te Genève bekroond. Zijn hele leven door bestudeerde Forel de insecten en maakte daartoe verschillende reizen door Europa, Amerika en Afrika. Vlak voor zijn dood, reeds gedeeltelijk verlamd en blind schreef hij met de linkerhand het grote werk in vijf delen: Le monde social des fourmis (Genève 1921-’23).Forel koos de geneeskunde—„om den brode” — als studieterrein. Hij studeerde te Lausanne, Zürich en Wenen en legde in 1871 zijn artsexamen af te Zürich. In 1872 werd hij assistent van Gudden in München en deed hersenanatomische onderzoekingen. Door zijn nauwgezette arbeid verwierf hij onder zijn medeassistenten de bijnaam „praeparaatjes-assistent”. Hij werd benoemd tot privaat-docent in de psychiatrie te München en in 1879 tot hoogleraar in de psychiatrie te Zürich. Hier verrichtte hij vele hersen-anatomische studiën. In 1885 ontdekte hij de oorsprong van de gehoorszenuw en in 1887 concipieerde hij in een artikel Einige hirnanatomische Betrachtungen und Ergebnisse (Archiv für Psychiatrie 18 : 162-198. 1887) de leer der neuronen.

Naast deze hersen-anatomische studies had Forel grote belangstelling voor het hypnotisme. Reeds in het ouderlijk huis had hij kennis gemaakt met Bernheim’s werk over de suggestie en op latere leeftijd ondernam hij een studiereis naar Nancy, vanwaar hij als volleerd hypnotiseur terugkeerde. Zijn eerste publicatie over het hypnotisme verscheen in 1889. Te zamen met Oskar Vogt stichtte hij het Zeitschrift für Hypnotismus. (Later Journal für Psychologie). Forel behandelde vele patiënten door middel van hypnose, vooral in de jaren 1898 tot 1912, toen hij de beschikking had over een eigen kliniek aan het meer van Genève.

In 1879 werd Forel benoemd tot directeur van de provinciale inrichting „Burghölzli”, welke hij binnen enkele jaren omzette in een modelkliniek, die tot ver over de grenzen vermaardheid verwierf. Door zijn belangstelling voor de psychiatria in foro werd Forel eveneens lid van de Internationale Criminologenvereniging, die zich vooral ten doel stelde de verbetering van het gevangenis- en strafwezen. Een ander facet van Forel’s wetenschappelijke en sociale activiteit is zijn belangstelling voor de bestrijding van het alkoholisme. In 1889 opende hij zijn eerste alkohol-kliniek „Ellikon”, die weldra het voorbeeld was en bleef. Forel’s verdienste op dit gebied is vooral gelegen in het feit dat hij als centrale idee van de alkoholbehandeling stelde: de opvoeding tot onthouding.

De studie van het alkoholprobleem en vooral van het vraagstuk der erfelijkheid van alkoholische defecten bracht Forel tot de studie van het sexuele vraagstuk. Zijn inzichten hierover stelde hij in 1904 te boek in het vermaarde werk Die sexuelle Frage, dat in 1906 werd vervolgd in Die sexuelle Ethik.

In 1898 trok Forel zich terug als hoogleraar en als directeur van „Burghölzli” en vestigde zich te Chigny en later te Yvorne, waar hij zijn eigen studies voortzette. Hij schreef hier artikelen over het socialisme, waarvan hij een aanhanger was, en ontwikkelde hierin zijn theorieën betreffende de wereldvrede.

PROF. DR H. C. RÜMKE

Bibl. (beh. de genoemde) : Les fourmis de la Suisse (1874) ; Das Gedächtsnis und seine Abnormalitäten (1875); Die Trinksitten ihre hygienische und soziale Bedeutung (1890) ; Ueber die Zurechnungsfähigkeit des normalen Menschen (1901) ; Gesammelte hirnanatomische Abhandlungen (1907).

Lit.: A. von Murait, Aug. F. (Zürich 1928) ; Forel, Rückblick auf mein Leben (Zürich 1935)»

< >