Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

ASURA

betekenis & definitie

zijn enigmatische figuren die voorkwamen in de oudste Indo-Iraanse mythologie. De Veda kent het woord als epitheton van sommige goden, vooral van Varuna.

Oorspronkelijk werden goddelijke, met occulte macht uitgeruste wezens bedoeld, maar van de Atharvaveda af krijgt het woord een steeds meer pejoratieve betekenis, om ten slotte uitsluitend boze geesten of demonen te beduiden. Deze leven in voortdurende strijd met de deva’s (Indra, Agni enz.), die meestal overwinnaars zijn. In de Avesta greep juist het omgekeerde plaats: hier is Ahura (= Asura) Mazda de hoogste, alle goed belichamende god, terwijl de deva’s demonen zijn. De strijd tussen deva’s en asura’s wordt in de Indische beeldende kunst vaak uitgebeeld. Op grond van een citaat uit een Brāhmana heeft men onlangs gemeend, dat de deva’s oorspronkelijk goden van nomadenstammen, de asura’s echter die van sedentaire landbouwers zijn. Deze hypothese echter is ook niet in staat de talrijke moeilijkheden bij de interpretatie op te lossen.Lit.: E. W. Hopkins, Epic Mythology (Strassburg 1915); p46-52; V. Papesso, Inni del Rigveda, I (Bologna 1929), p. 37 vlg.

< >