(1, sterrenkunde) heten de voornaamste schijnbare standen der planeten, der zon en der maan, ten opzichte van elkander. De belangrijkste zijn: de samenstand (conjunctie) met een lengteverschil = 0°; de oppositie met een lengteverschil = 1800; de quadratuur met een lengteverschil = 90°.
In de astrologie spelen de aspecten een belangrijke rol.(2, taalkunde) is een vnl. in de grammatica der Slavische talen gebruikte term, waarmee wordt bedoeld de wijze waarop men zich de handeling van het werkwoord voorstelt. Er bestaat imperfectief en perfectief aspect. Een werkwoord heeft imperfectief aspect, als de spreker zich de handeling of het gebeuren als voortdurend voorstelt. De gedachte aan een afsluiting, voltooiing of resultaat van de handeling of het gebeuren is niet aanwezig. Bij imperfectieve werkwoorden kan een bepaling staan, die de tijdsduur aangeeft. Bijv.: Er lopen (al van vijf uur af) mensen op straat.
Een werkwoord heeft perfectief aspect, als de handeling of het gebeuren wordt voorgesteld met het oog op de voltooiing: de spreker stelt zich een afsluiting, een resultaat van de handeling of het gebeuren voor. Bijv.: Daar flitst een licht aan („daar flitst al van vijf uur af een licht aan” is onmogelijk). Men vergelijke nog Nederlands spreken (imperfectief) en zeggen (= een uitspraak doen; perfectief) en de imparfait en de passé défini in het Frans.
DR B. VAN DEN BERG.