heet een 1802 m hoge Alpenpas op de grenzen van Tirol en Vorarlberg, welke tevens de waterscheiding tussen Rijn en Donau, alsmede de grens tussen de kristallijne Fervall-groep der Rhaetische Alpen en de Allgauer-groep der noordelijke Kalkalpen vormt. Nabij de pas ligt het hospitium van St Christoph.
Over de pas leidt een in 1824 voltooide weg van Rosanna in het Stanzerthal naar Alfenz in het Klosterthal. Sedert 1884 loopt daarmede parallel de Arlberg-spoorweg, die Innsbruck met Bludenz verbindt en bij de in 1872 geopende lijn van Bludenz naar Bregenz aansluit; het culminatiepunt (1311 m) ligt in de 10 250 m lange tunnel tussen St Anton en Langen. De grootste helling, 1 m op 31,8 m, ligt tussen Bludenz en Langen. Behalve de grote tunnel vereiste de bouw van de spoorweg veel andere kunstwerken, bijv. de 195 m lange en 86 m hoge brug over de Trisanna.