heet een vereniging, in 1883 te Parijs opgericht door enige vooraanstaande Fransen o.w. Mgr de Lavigerie, Ferdinand de Lesseps, Paul Cambon en Jusserand, onder de volledige naam Alliance française pour la propagation de la langue française dans les colonies et à l’étranger.
Zij stelden zich voor, grotere bekendheid te geven aan de uitingen van de Franse cultuur, in de eerste plaats de taal, maar eveneens de literatuur, kunst en geschiedenis. In bijna alle landen der wereld zijn comité’s opgericht die, onder leiding van of gesteund door het hoofdbestuur te Parijs, de gedachte hebben overgenomen en op eigen wijze uitgewerkt door aanmoediging van de studie van het Frans, de stichting van scholen, het organiseren van cursussen en lezingen. De werkzaamheden van deze comité’s zijn zeer uiteenlopend. Te Parijs wordt uitgegeven La Revue de l’Alliance française, terwijl in vele landen een eigen tijdschrift bestaat.Bibl.: Een goed overzicht bevatten de handelingen van: Le congrès de l’Alliance française à l’Exposition Coloniale Internationale de Paris 1931 (1932). Een speciaal overzicht voor Nederland geeft: Dix années de culture française (Amsterdam 1931).
