Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

Alfonso REYES

betekenis & definitie

Mexicaans dichter, literair-historicus, criticus en diplomaat (Monterrey 17 Mei 1889), all-round humanist, trad in 1920 in dipl. dienst en heeft zijn land in Parijs, Buenos Aires en Rio de Janeiro vertegenwoordigd; hij verbleef ook lang in Spanje (1914-1924), waar hij medewerker was aan het onder Menéndez Pidal werkende Centro de Estudios Históricos. Daar annoteerde hij voor de bekende reeks „Clasicos Castellanos” talrijke klassieke Spaanse schrijvers.

Ook gaf hij met Foulché-Delbosc de werken van Góngora, waarvan hij een kenner en bewonderaar is (getuige zijn Cuestiones gongorinas, 1927) uit (New York 1921). Zijn eigen gedichten verraden de invloed van deze barokkunstenaar en die van Mallarmé. Hij is doctor honoris causa v. d. Univ. v. Habana, New Orleans, Harvard en Univ. of California.PROF. MR DR J. A. VAN PRAAG

Bibl.: Essays: Cuestiones estéticas (1910); El paisaje en la poesia mexicana del siglo XIX (1911); Vision de Anáhuac (1915) ; La critica en la edad ateniense (1941); La experiencia literaria (1942); Las vísperas de España (1947); Verdad y mentira (1950). Verhalen o.m. die welke hij verenigde als El plano oblícuo (1930). Drama in verzen (met proza-commentaar) Ifigenia cruel (1924). Verzenbundels: Huellas (1922); Yerbas de Turahumara (1934); Cantata en la tumba de Federico Garcia Lorca (1937): Algunos poemas (1941). Reyes vertaalde Sterne, Chesterton, R. L. Stevenson, Tsjechov.

< >