Joods theoloog van grote geleerdheid (Frankfort a.d. M. 24 Mei 1810 Berlijn 23 Oct. 1874), studeerde aan de Universiteiten van Heidelberg en Bonn.
Geiger was achtereenvolgens rabbijn te Wiesbaden, Breslau, Frankfort a.d. M. en Berlijn. Hij was een der voornaamste vertegenwoordigers van de Joodse wetenschap in het Duitsland der 19de eeuw en een vooraanstaande figuur in de Reform-beweging. Zijn radicaal-critische opvattingen omtrent de ontwikkeling van de Joodse godsdienst, die in zijn talrijke geschriften zijn neergelegd, vonden in orthodoxe kringen, waarvan de voornaamste woordvoerder S.
R. Hirsch was, hevige tegenkanting.Bibl.: uitgave met anderen van: Wissenschaftl. Zeitschrift für Jüd. Theologie (1835-1848); van 1862-1874 redigeerde hij het Jüd. Zeitschr. für Wissenschaft u.
Leben. Lehr- und Lesebuch zur Sprache des Mischnah (2 dln, 1845); Urschrift u. Uebersetzungen der Bibel (1857, 2de dr. 1928); Das Judentum u. seine Geschichte (3 dln, 1865-1871).
Lit.: L. Geiger, A. G. (1910).