is een klein Egyptisch dorp, 23 km ten N.O. van Alexandrië, ter plaatse waar weleer vermoedelijk Canopus gelegen was. Het heeft een kleine haven, maar vóór deze een uitgestrekte, ondiepe rede, door lange zandbanken tegen de golven beschut.
Het dorpje is bekend geworden door de zee- en veldslagen, welke in zijn nabijheid hebben plaats gehad. Op deze rede is de iste Aug. 1798 de zeeslag van Aboekir geleverd. Het Franse leger, bestemd om Egypte te veroveren, was de 1ste Juli voorspoedig bij Alexandrië geland en het kwam er nu op aan, de vloot voor de Engelsen in veiligheid te brengen. Het Directoire had gewild, dat deze zo spoedig mogelijk weer naar Toulon zou terugkeren, maar generaal Bonaparte, de chef van het expeditieleger, beval dat admiraal Brueys met zijn 13 linieschepen en 4 fregatten op de rede van Aboekir zou achterblijven. De Engelse admiraal Nelson, die reeds lang naar de Franse vloot zocht, verscheen de 1ste Aug. voor de kust van Egypte. Terstond gaf hij het teken tot de aanval, en deze geschiedde met zulk een spoed, dat de Franse vlootvoogden nauwelijks tijd hadden om uit de krijgsraad, die op het admiraalsschip gehouden werd, naar hun bodems terug te keren. De admiraal Brueys werd door een kanonskogel dodelijk getroffen en de gehele Franse vloot, behalve twee linieschepen en twee fregatten, vernietigd, waardoor Bonaparte van Frankrijk was afgesneden. Door deze overwinning verkreeg Groot-Brittannië de heerschappij over de Middellandse Zee en de gelegenheid om Turkije, Rusland, Napels — later ook Oostenrijk — in de Tweede Coalitie tegen de Franse republiek te verenigen (z Franse Revolutieoorlogen). De Porte, aangemoedigd door de steun van Engeland en door de tegenspoed der Franse wapenen in Syrië, achtte het ogenblik gunstig om Egypte te heroveren. Deze zond een leger van 18 ooo man onder aanvoering van Mustapha derwaarts. Bonaparte verzamelde aanstonds enige regimenten, samen 6000 man, bestormde de Turkse verschansingen en behaalde met gering verlies een schitterende zegepraal. De betekenis van deze Tweede Slag bij Aboekir was echter gering, al werd zij nogal opgevijzeld om de Eerste, benevens Bonaparte's nederlagen in Syrië, in de schaduw te stellen. Nog later (de 8ste Mrt 1801) landde een Engels leger onder aanvoering van Abercromby in de nabijheid van Aboekir, veroverde het fort en hield stand in een versterkte positie. Hier werd het door de Fransen, onder aanvoering van Menou, aangevallen, in welke strijd de overwinning echter aan de zijde der Engelsen bleef.