Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 19-03-2018

Baron

betekenis & definitie

Baron is de titel van een adellijk heer, die, wat zijn rang betreft, in ons land ge­plaatst is tusschen den jonkheer en den graaf. Het woord is van onzekeren oorsprong. Spot­ters hebben het afgeleid van het Latijnsche baro, hetwelk domkop, of van het Italiaansche barone, hetwelk deugniet beteekent.

Eene andere afleiding, namelijk van een oud-Germaansch woord bar, dat de beteekenis zou hebben van vrij, schijnt niet minder on­gegrond te wezen. De geschiedenis leert, dat met den naam baron een man van adel werd aangeduid, die alleen afhankelijk was van den keizer of van den koning. Die naam werd van meer belang, toen men hem ver­leende aan de eigenaars van eene vrije be­zitting — van eene baronie. Er zijn voor­beelden van, dat baronnen eigenaars waren van grafelijke goederen en toch den titel van baron behielden.

In Duitschland echter heb­ben de aanzienlijkste baronnen den graven­titel wederom aangenomen. Te voren be­hoorden er de rijksbaronnen tot den aanzien­lijken adel; thans vormen de baronnen in Duitschland de eerste klasse van den lageren adel. In Engeland is baronet iemand, die tot de eerste klasse der Engelsche gentry behoort. Zie onder Adel.