Gepubliceerd op 22-11-2018

Per

betekenis & definitie

Per vz. door, met, in (in bepaalde verbindingen): ik zend het u per post (met de post), per schipper, per Van Gend en Loos; per as wordt alles aangevoerd, in een rij- of voertuig;

— het kost drie gulden per K. G.; hij verdient f 40 per week;
— per accidens, bij toeval; per acquit, voldaan, betaald;
— per ami(e), met vriend(in), op een adres;
— per angusta ad augusta, door lijden tot heerlijkheid;
— per aspera ad astra, door strijd tot overwinning;
— per cassa, contant, in gereed geld;
— per contant, tegen gereede betaling;
— per couvert, onder omslag;
— per fas et nefas, met ja en neen, met recht en onrecht, met rechtmatige en onrechtmatige middelen; bij alles wat heilig is;
— per saldo, als overschot der vorige rekening;
— per se, stellig: hij heeft het per se gedaan.

< >