Kiosk
  • Home
  • Onderwijs
  • Over
  • Geschiedenis
  • Kiosk
  • Contact
  • Manifest
  • Inloggen

ENCYCLOPEDIE SINDS 1946

Op de hoogte blijven?


  • Synoniemen
  • Spreekwoorden
  • De of Het
  • Schrijvers
  • Afkorting
  • Vervoegen
  • Disclaimer
  • NTD
  • Artikel publiceren?
  • Adverteren
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Groot woordenboek der Nederlandse taal

Nederlands woordenboek (7e druk - 1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Uitbroeden

betekenis & definitie

(broedde uit, heeft uitgebroed),

1. broedende doen uitkomen: eieren uitbroeden; er zijn 10 kuikens uitgebroed.

2. (flg.) als product van zijn geest te voorschijn brengen, bedenken; alleen ongunstig of scherts.: boze plannen uitbroeden; wie heeft dat fraais uitgebroed? Ook UITBROEIEN-.

Gerelateerd

  • Alles over Uitbroeden
  • Synoniemen van Uitbroeden
  • Uitbroeden vervoegen
  • Spreekwoorden met Uitbroeden
  • Lukraak woord

ENCYCLOPEDIE SINDS 1946

Op de hoogte blijven?


  • Home
  • Onderwijs
  • Over
  • Geschiedenis
  • Kiosk
  • Contact
  • Manifest
  • Inloggen
  • Synoniemen
  • Spreekwoorden
  • De of Het
  • Schrijvers
  • Afkorting
  • Vervoegen
  • Disclaimer
  • NTD
  • Artikel publiceren?
  • Adverteren
© 2022 Ensie

Inloggen

Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.

Ik ben mijn wachtwoord vergeten