Definities van Woordenboek voor praktische kennis in de Ensie S
- Stengelaaltje (landbouw)
- Stengelknollen (plantkunde)
- Stengestag (zeilvaart)
- Steranijs
- Sterappel
- Sterk water (scheikunde)
- Sterk-arm-schaafmachine
- Sterke specie (metselaar)
- Sterreschot
- Steurharing (visscherij)
- Steven (schipperij)
- Steyels
- Stichting (rechten)
- Stiep (bouwkunde)
- Stift
- Stijg (oogheelkunde)
- Stijgbeugelverband
- Stijl (bouwkunde)
- Stikstofknolletjes
- Stille Week
- Stippelgravure
- Stobbe (boschbouw)
- Stobbe (veenderij)
- Stoeterij (paarden)
- Stofkalk
- Stofwisseling
- Stok
- Stokanker
- Stokbeitel
- Stokmaat (paarden)
- Stokschroef (behanger)
- Stokvisch
- Stollingsgesteenten
- Stolp (bouwkunde)
- Stolpen
- Stooklei
- Stoop
- Stoot (paarden)
- Stootbord (timmerman)
- Stooter
- Stootvoeg (bouwkunde)
- Stophout (bouwkunde)
- Stoppel (landbouw)
- Stoppeleinde (rietdekker)
- Stopverf
- Stormladder (zeevaart)
- Stormzeil
- Stort (grondwerk)
- Stortebed (waterbouwkunde)
- Stortstecn (waterbouwkunde)
- Straal (grondwerk)
- Straal (paarden)
- Straalbreking
- Straalkanker (paarden)
- Straalschimmel
- Straalzuiger
- Stralenarts
- Stramien
- Strampel
- Strandjutter
- Strandvonder
- Streek (scheepvaart)
- Streeproest (landbouw)
- Strek (metselaar)
- Strekdam
- Strekel (landbouw)
- Streng
- Strevels
- Striets (zeilvaart)
- Strijk (bouwkunde)
- Strijk (houthandel)
- Strijkbalk (bouwkunde)
- Strijken (paarden)
- Strijkgeld
- Strijkklamp (scheepsbouw)
- Strijkmolen
- Strik in de speen (veeteelt)
- Strippen (landbouw)
- Strippen (visscherij)
- Stroobokking
- Strooman
- Stroomlaag (metselaar)
- Stroovijl
- Stropblok (schipperij)
- Strottenhoofd (ontleedkunde)
- Struif
- Struinen
- Studentenhaver
- Stuif brand (landbouw)
- Stuiken
- Stukkolen
- Stullenteelt
- Stulpkorf (visscherij)
- Stuurlastig (schipperij)
- Stuwadoor
- Stuwen (zeevaart)
- Suikergast
- Suikerkalk
- Suikerpeer
- Suikerpulp