Platte, grove vijl, welke van voren naar achter smaller en dunner wordt. Doordat deze vijl in het midden wat dikker is, pakt zij beter op een onregelmatig, ruw oppervlak.
Deze soort vijlen werden vroeger in Duitschland gemaakt en in stroo verpakt. Hiervan is de naam afgeleid. Het staal van stroovijlen is min of meer laschbaar en daarom gebruikte men oude stroovijlen vroeger, om een stalen kern te lasschen in snijdende werktuigen (bijlen).