Definities van Algemeen Nederlands Woordenboek in de Ensie B
- beukenpollen
- beukenstuifmeel
- beul
- beulen
- beunhaas
- beursdag
- beurshandelaar
- beurspromovendus
- beursstudent
- beurstijd
- beursvoorzitter
- beurswaakhond
- beursweek
- beurtbalkje
- beurtschip
- bevallingscoach
- bevallingsdatum
- beveiligingsperiode
- beveiligingspersoneel
- bever
- beverrat
- Beverwijker
- Beverwijkse
- bevestigend
- bevissen
- bevissing
- bevloeren
- bevrijder
- bewaakster
- bewaarengel
- bewaarplicht
- bewaarschool
- bewaartermijn
- bewaartijd
- bewaarwijn
- bewaker
- bewakingspersoneel
- bewarend beslag
- beweeg-vmbo
- beweegtuin
- bewegingscoach
- bewegingsdocent
- bewegingsmogelijkheid
- bewering
- bewijs van luchtwaardigheid
- bewijsteam
- bewonderenswaard
- bewonderenswaardig
- bewonderingswaardig
- bewoner
- bewonersparkeren
- bewonersvereniging
- bewust onbeschonken bestuurder
- bezem
- bezemsteel
- bezemwagen
- bezettingstijd
- bezieler
- bezienswaardig
- bezienswaardigheid
- bezige bij
- bezinningsperiode
- bezoek ad limina
- bezoek ad limina apostolorum
- bezoekend doelpunt
- bezoeker
- bezoekmoeder
- bezoektijd
- bezoekuur
- bezorgbromfiets
- bezorgbrommer
- bezuinigingsdoelstelling
- bezuinigingsmoe
- bezuinigingspakket
- bezuinigingswoede
- bezwaarmaker
- bezwangeren
- bff
- BGL
- bh
- bhangra
- Bhutaan
- Bhutaanse
- bias
- biatlon
- bibbergeld
- bibbergeld afdokken
- bibbergeld betalen
- bibdate
- bibdaten
- biblioblog
- biblioblogger
- bibliobus
- bibliofiel
- bibliofilie
- bibliomaan
- bibliomanie
- bibliotheek
- bibliotheekbezoek
- bibliotheekbezoeker