Definities van Algemeen Nederlands Woordenboek in de Ensie B
- buitenpoli
- buitenpolikliniek
- buitenrijpas
- buitenseizoen
- buitenterras
- buitenverwarming
- buitenvrouw
- buitenwipper
- buitenzwembad
- buizen
- buizenpost
- buizerd
- buks
- buldog
- Bulgaar
- Bulgaarse
- bulgur
- bulkcarrier
- bulkproduct
- bullebak
- bullen
- bullenbijter
- bultenaar
- bultrug
- bumperkleven
- bumperklever
- bumpersurfen
- bumpersurfer
- bumpwatching
- bundel
- bungalow
- bungeejump
- bungeejumpen
- bungeejumper
- bunkeren
- bunzing
- burcht
- bureau voor rechtshulp
- burenhulp
- buret
- burgemeester
- burgemeester in oorlogstijd
- burgemeesteres
- burgemeestersambt
- burgemeestersbenoeming
- burgemeesterschap
- burgemeesterskamer
- burgemeesterspost
- burgemeesterssjerp
- burgemeestersverkiezing
- burgerdienst
- burgerdocent
- burgerhulpverlener
- burgerlijk conducteur
- burgerlijke dag
- burgeroorlog
- burgerschool
- burgerservicenummer
- burn-out
- burn-outpatiënt
- burn-outsyndroom
- bursaal
- Burundees
- Burundese
- bus
- busboot
- busbouwer
- buschauffeur
- bushcraft
- bushcrafter
- bushokje
- businessclub
- businessplan
- buskruit
- busongeluk
- busongeval
- buspassagier
- bussafari
- bussel
- Bussumer
- Bussumse
- bustaxi
- bustehouder
- bustier
- bustrens
- buttkick
- buttkicker
- buurjongen
- buurkat
- buurkind
- buurman
- buurmeisje
- buurtagent
- buurtbemiddelaar
- buurtbewoner
- buurtbibliotheek
- buurtcoördinator
- buurtgebonden
- buurtgericht
- buurthuis