1. Steeds in ’t mv,: lastige formaliteiten, omhaal; vand. ook: praatjes, drukdoenerij; flikflooierij enz.
Eer dat ’t morgen is zal die meneer den doktoor absoluut geen goesting meer hebben om bij u zijnen flauwen zeever te komen verkoopen ... . Maar als ge hem nu voor dien tijd nog zoudt zien, he Hilda, en hij begint weer met zijn servituten, weet ge wat ge dan zegt: Meneer den doktoor, zegt ge dan, ik ben bij meneer den onderpastoor geweest, en die heeft gezegd dat ik u een klets in uw gezicht moest geven, WALSCHAP 1939, 122.
2. In toep. op een niet-bestrate weg voor klein verkeer, inz. om de akkers enz. te bereiken: landweg; soms bep.: ventweg.
De garage is langs achter bereikbaar via een servitude, Limburg 3/9/1976.
Sam.: servituutweg, landweg (De auto zwenkte van autostradelijk asfalt een landstraat in die meer op een servituutweg naar akkers geleek dan op een openbare verkeersader, WALSCHAP 1975, 31);
- servituutwegenis, landweg (Perceel labeurgrond te Stabroek-Hoevenen, aan een servitudewegenis uitgevend op de Witvenstraat, Gazet v. Antw. 3/6/1978).
