Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

palaberen

betekenis & definitie

(Langdurig) onderhandelen, bespreken; overleggen; - (druk) praten, kletsen; oreren; een palaver houden; - bij uitbr.: zeuren; twisten, ruzie maken. - In de standaardt. wel: palaveren (hoewel w.g.).

Het was 2 uur in den nacht toen zij met hun loodzwaar wegende vracht ter bestemming geraakten. Toen kwamen zij tot de vaststelling dat geen van allen het juiste nummer kende van de woning van hun vriend. Zij waren radeloos, «palaberden» geruimen tijd, enz., VAN LOOY 1945, 39.

De familieleden van Nda zijn komen palaberen met Musa om hem uit te nodigen zijn bruidschat terug te halen, zodat hun dochter weer vrij kwam voor een nieuwe verkaveling, JONCKHEERE 1957, 24.

Misschien begrijpt een vrouw niet waarom er urenlang moet gepalaberd worden over het soort bakstenen voor de nieuwe bergplaats voor de gereedschappen van het gemeentepersoneel, terwijl zij eigenlijk iets zou willen zeggen over de noodzaak van een kleuterklas in de nieuwe wijk met jonge gezinnen, Vrouw en Wereld sept. 1976, p. 24.