Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

monitor (moniteur)

betekenis & definitie

1. Persoon die leiding geeft aan en toezicht houdt op jeugdigen, inz. in vrijetijdssituaties: jeugdleider, (groeps)leider; soms bep.: leraar, m.n. in sam.

In de brief wordt gezegd dat de afwijzende houding ten overstaan van 6.000 monitoren en monitrices die instaan voor de opvoedkundige begeleiding van ruim 1 miljoen kinderen, het bewijs levert van de onaanvaardbare criteria die het televisienieuws beheersen, Knack 13/12/1972, p. 48.

Voor hen is er ook een speeltuin. De ouders kunnen ze gerust toevertrouwen aan de monitor, terwijl zij zelf een middagdutje doen op de zonneweide, Vrouw en Wereld mei 1974, p. 14.

Zeven weken lang hebben gemiddeld 17 jonge monitoren per dag zich met jeugdige geestdrift ingezet om de kinderen op een prettige en pedagogisch verantwoorde wijze bezig te houden, Vrouw en Wereld juli/aug. 1976, p. 15.

Ouders thuis, leerkrachten in het onderwijs, monitors en monitrices tijdens jeugdvakanties dragen hierin hun eigen verantwoordelijkheid, Volksmacht 22/10/1976, p. 5.

Er is dan sport voorzien voor kinderen vanaf 6 jaar. onder leiding van monitoren, Bond 28/1/1977.

Het meisje maakte deel uit van de school ... die met een groep licht gehandicapte kinderen op kamp was in Westmalle. In het zwembad is het meisje plots onwel geworden. Zij was reeds bewusteloos toen ze door de monitoren uit het (ondiep) water werd gehaald, Gazet. v. Antw. 12/7/1977.

Ter Helme zoekt dringend voor de twee vakantiemaanden juli en augustus 1978 een gezin met ervaring i.v.m. kinderopvoeding en kinderbegeleiding om de verantwoordelijkheid van de kindervakantie op zich te nemen, samen met de monitoren en monitricen, Kerk en Leven (ed. Boom) 13/4/1978. Internationale vakantiekampen in Frankrijk: sport, creatieve, culturele, manuele activiteiten, + luieren, zonnen, zwemmen... activiteiten geleid door ervaren monitors, Mech. 1/6/1978.

Een vrije lagere jongensschool uit Laken zocht monitrices of monitoren voor de openluchtklassen, Gazet v. Antw. 4/7/1978.

2. Bij het hoger onderwijs: pers. die jonge studenten bij hun studie helpt en begeleidt: (studie)mentor, studiebegeleider.

Verder zijn de Sociale Dienst-Teledienst en het Medisch Centrum tijdens examenperiodes ook bereikbaar buiten de klassieke kantoordagen en uren. Ook kunnen specifiek de eerstejaars terecht bij de monitoren (studiebegeleiders), Alumni 1979, 1, 4.

Terwijl de assistenten eerder ten dienste stonden van de professoren, waren de monitoren volledig ter beschikking van de studenten, Alumni 1980, 1, 26.

Opm.: Ter aand. van een pers. in de standaardt. thans volledig ongebruikelijk.

Sam.: groepsmonitor (In de humane wetenschappen, de voedingsbodem van het monitoraat, kunnen thans alle studenten terecht bij een groepsmonitor. Deze fungeert veelal ook als ombudsman tijdens de examenperiodes, Alumni 1980, 1, 26); hoofdmonitor, hoofdleider (Een monitor volgde de kursus van hoofdmonitor. Dat is een duidelijk teken dat deze jonge mensen zich volop willen inzetten en bekwamen, Vrouw en Wereld juli/aug. 1976, p. 15); skimonitor, skileraar (Vrouw en Wereld dec. 1975, p. 41); sportmonitor, sportleraar (Winterpowertraining gratis in sportzaal, geleid door ervaren sportmonitors, Boom 17/6/1977); springmonitor, leraar parachutespringen (Een twaalftal leden van de Vlaamse liga van paraclubs en springmonitoren van het BLOSO demonstreren een vrije val vanaf 3.500 m, Teletip 23/5/1978); studiemonitor, studiebegeleider, mentor; vakmonitor (Voor de vakken met een specifieke techniciteit staat een eigen vakmonitor in. De groepsmonitor biedt zowel vaktechnische als studiemethodische hulp, Alumni 1980, 1, 26); vakantiemonitor.

< >