(Russisch: Bjeloje More), binnenzee van de Noordelijke Ijszee in Rusland, tussen de schiereilanden Kola en Kanin, reikt tot 64° N.Br. Tussen beide genoemde schiereilanden is de ingang ca 170 km breed.
De totale oppervlakte bedraagt ca 84 000 km2. De diepte van de zee wisselt van 100 tot 300 m. Het zoutgehalte is zeer gering, in het N. ca 3 pct. Mede hierdoor is de Witte Zee bijna nooit geheel ijsvrij. Slechts in de maanden Juni, Juli en Aug. is scheepvaart mogelijk. Door twee kanalen, die de verbinding vormen tussen Dwina, Wolga en Dnjepr, is thans een rechtstreekse scheepvaartweg ontstaan tussen Zwarte en Witte Zee. Tevens kan men van de Oostzee, via het Ladoga en Onega Meer en het Stalin Kanaal de Witte Zee bereiken.De oeverbewoners, Russen, Lappen, Kareliërs en Samojeden, houden zich bezig met vis- en zeehondenvangst en de jacht. De belangrijkste plaats aan de oevers is Stalinport (Archangel), waarvan de haven met behulp van ijsbrekers wordt opengehouden. Via deze haven worden vis, hout en houtproducten, graan en huiden verscheept. De Mezen, Dwina en Onega monden in de Witte Zee uit.