Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 23-01-2023

Veronica FRANCO

betekenis & definitie

Italiaanse courtisane en schrijfster (Venetië 1546 - 22 Juli 1591), is de meest tot de verbeelding sprekende der geletterde „femmes galantes” uit de Italiaanse Renaissance. Stammend uit gegoede middenstand, opgevoed tot licht leven, begiftigd met alom geprezen schoonheid en geest, huwde ze jong de arts Panizza, die spoedig stierf.

Veronica was in verscheiden kunsten bedreven: poëzie, tekenen, muziek. Tekenles had zij van haar vereerder Tintoretto, die ook haar (verloren gegaan) portret schilderde. Men vierde haar algemeen als de „liefelijke nimf van de Adria”. Montaigne, die haar op zijn reis door Italië ontmoette en wie ze haar werken schonk, spreekt van „janti femme vénétiane”. Haar triomfdag was, toen de jonge koning Hendrik III van Frankrijk haar, bij zijn bezoek aan Venetië in Juli 1574, tot zijn favoriete koos. Een lange epistola en ettelijke sonnetten heeft zij naar aanleiding hiervan tot de vorst gericht. Zij besloot haar leven berouwvol en met goede werken, o.a. de oprichting van het eerste tehuis voor gevallen en gescheiden-levende vrouwen in Italië.Anders dan haar soortgenoten, die in haar dagen een slecht moreel leven veinsden los te zien van edel zieleleven, komt Veronica Franco in haar gedichten onomwonden voor haar métier uit. „De hemel schonk vrouwenschoon om op aarde het geluk te zijn van ieder man van warm gemoed”, zegt zij ergens. Haar werk omvat de verzen : Terze rime (1ste dr. 1575 ?), waarin het verstype der terzine nu eens niet voor satire of burleske dient maar voor confessies en autobiografische weergave van haar alledaags leven; het boek biedt een voortreffelijk zedebeeld juist uit dit eigenaardig milieu. Althans de aan goede vrienden opgedragen verzen bewijzen een natuurlijk en hoogontwikkeld talent; die aan de aardse groten zijn dadelijk opgeblazen. Ook haar Lettere familiari (brieven, 1ste dr. 1580), opgedragen aan kardinaal Luigi d’Este, bieden een boeiende kijk op dit vrouwenleven.

MR H. VAN DEN BERGH

Bibl.: Terze rime, herdrukt 1946; Lettere, heruitg. bezorgd d. Benedetto Croce (Napoli 1949).

Lit.: Tassini, V. F. poetessa e cortigiana del sec. XVI; A. Graf, Una cortigiana fra mille, V. F.; Alfr. Semerau, Die Kurtisanen der Renaissance, hfdst. 7 (Wien 1926); B. Croce, in inl. bij zijn uitg. der Lettere; Idem, Le „Lettere” di V. F., in Corr. della Sera, 7 Juli 1949.

< >