Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 06-08-2022

Tyche

betekenis & definitie

(Gr. tuchê), bij de oude Grieken personificatie van het (gelukkige) toeval, dat grillig en onberekenbaar het lot der mensen in het staatsleven, in de oorlog, op reis enz. beheerst. Vooral in de Hellenistische tijd (na Alexander de Grote), toen men zovele vorsten en staten tot aanzien zag komen en zag ten ondergaan, werd zij sterk vereerd.

Men begon zelfs te geloven, dat ook de goden zich moeten buigen voor haar macht. Streng genomen was er naast Tyche voor de oude goden en hun gerechtigheid nauwelijks nog plaats: met geen van hen wordt zij in verbinding gebracht; een vader van Tyche wordt niet genoemd. Vooral gold Tyche als brengster van geluk voor steden. Door een beeld van Eutychides (ca 300 v. Chr.) is zo de Tyche van Antiochië bekend geworden. Haar attributen waren een hoorn van overvloed en een scheepsroer, daarnaast een bol of een rad (wegens de wisselvalligheid der fortuin).Lit.: S. Eitrem, in: Symbolae Osloenses 13 (1934),blz. 47-51; E. Rohde, Der griechische Roman (Leipzig 1900), blz. 276 w.

< >