Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 06-08-2022

Teleologie

betekenis & definitie

(1, wijsbegeerte; van Gr. telos, doel) betekent doelmatigheidsleer.

Men maakt onderscheid tussen bewuste en onbewuste, immanente en transiënte doelmatigheid of finaliteit (van Lat. finis, doel). De bewuste doelmatigheid, de doelbewuste finaliteit veronderstelt de verstandelijke kennis van het doel als doel, van de relatie van middel tot doel en de vrije beschikking over bepaalde activiteiten nodig voor de uitvoering. Zij is dus alleen mogelijk bij wezens die met verstand begaafd zijn. De onbewuste doelmatigheid is een natuurstreving die natuurnoodzakelijk uit het wezen der dingen voortkomt, zonder kennis van het doel als zodanig. Deze onbewuste finaliteit wordt door sommige wijsgeren toegeschreven aan ieder wezen dat een bepaalde natuur heeft, zowel aan de dode stof als aan de planten en dieren. Men spreekt van immanente finaliteit als een wezen door volgens zijn natuur te werken een doel realiseert dat bestaat in de ontwikkeling en voltooiing van dit wezen zelf. Deze immanentie is behalve aan de mens eigen aan de levende wezens in die activiteiten die op zelfbehoud, groei en voortplanting zijn gericht. Men spreekt van transiënte finaliteit, als een ding, door zijn bepaalde aard en werkzaamheid, geschikt is een plaats te vervullen in een of andere oorzakelijke keten, d.w.z. bruikbaar is om door een andere uitwendige werkoorzaak gericht te worden op een door deze werkoorzaak gesteld doel (bijv. instrument; mineraal, plant of dier als voedsel voor een levend wezen, enz.).Het teleologisch godsbewijs stelt als laatste grond in het bijzonder van de onbewuste finaliteit een oneindig, ongeschapen verstand, dat aan de dingen die wezensstructuur kon geven die de gerichtheid op het betrokken doel inhoudt en natuurnoodzakelijk de realisatie ervan bewerkt (z ook natuurlijke theologie).

In de positieve wetenschappen stelt men meestal de causale verklaring tegenover de finale (teleologische) verklaring. De causale verklaring gaat uit van de gegeven structuur der dingen en van de aanwezige causale factoren in hun onderling verband en verklaart hieruit de geconstateerde eigenschappen en werkingen, geeft echter geen inzicht in de betekenis van deze eigenschappen en werkingen voor het ding zelf of voor andere dingen. Dit laatste inzicht tracht de finale verklaring te leveren. De positieve wetenschap eist, wil ze volledig zijn, antwoord op twee vragen:

1. op welke wijze komt een bepaald proces tot stand (causale verklaring); 2. waarvoor dient een bepaald proces (finale of teleologische verklaring). Vele moderne onderzoekers menen, dat de teleologische verklaring ongeoorloofd anthropomorphisme is of dat een teleologische verklaring slechts een voorlopig karakter kan hebben. Anderen dat beide (causale en teleologische verklaring) elkaar aanvullen, omdat de finaliteit der redeloze dingen enerzijds onbestaanbaar is zonder de gedetermineerde werkzaamheid van het complex van werkoorzaken waarop zij steunt en anderzijds een gedetermineerde werkzaamheid van deze oorzaken slechts mogelijk is door hun eigen onbewuste innerlijke finaliteit, waardoor richting en intensiteit der werking bepaald zijn (z causaliteit).

Lit.: R. Garrigou-Lagrange, Le réalisme du principe de finalité (1932); N. Hartmann, Das teleologische Denken (1951).

(2, vergelijkende physiologie). Het leven is een vorm van organisatie en wel de hoogste die wij kennen. In elke organisatie hebben de delen (organen) een betekenis, een functie t.o.v. het geheel en kunnen het geheel en de delen niet zonder elkaar bestaan. Teleologie noemt men een beschouwingswijze, die tracht te beschrijven welk zinvol verband er tussen de delen onderling en tussen de delen en het geheel bestaat. Deze teleologische beschouwingswijze is voor het volledig beschrijven van de physiologische verschijnselen onmisbaar. Daarnaast blijft de vaststelling van het causale verband der verschijnselen onverminderd nodig. Dat de teleologie de prikkel tot onderzoek naar de causale relaties zou verminderen, kan niet worden toegegeven. Ook bij het beschrijven of onderzoeken van een machine blijft toch naast het aangeven van de rol der onderdelen van even groot belang te weten hoe zij (causaal beschouwd) deze rol kunnen vervullen. Een andere opvatting vindt men bijv. bij M. Hartmann (Allg. Biologie, 1933), die teleologie alleen als een heuristisch principe beschouwt, dat dienen kan om nieuwe feiten op te sporen, maar op zichzelf geen waarde zou hebben (z leven).

< >