Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

SPIEGEL, laurens pieter van de

betekenis & definitie

Nederlands staatsman (Middelburg 19 Jan. 1737 - Lingen 7 Mei 1800), werd na een ambtelijke loopbaan in Zeeland bij de restauratie van het stadhouderschap in 1787 benoemd tot raadpensionaris van Holland, de beste maatregel wel die men trof om het stadhouderschap te consolideren. Hij was een verdienstelijk staatsman-ambtenaar, een plichtsgetrouw werker.

Over het algemeen draagt zijn beleid een conservatief karakter. Zijn buitenlandse staatkunde sluit aan bij de tradities uit de tijd van Willem III en Heinsius, was geheel georiënteerd op Engeland en voegde daarbij een goede verstandhouding met Pruisen. Zo bewerkte hij in 1788 een defensief verbond met beide mogendheden, die aan de Staten-Generaal het voortbestaan van het staatsbestel garandeerden. Dit verdrag werd voltooid door een Engels-Pruisische alliantie, waarin dezelfde garantie was opgenomen. Zo stond de Republiek onder curatele en was partij in een Europees verbondenstelsel, dat gericht was tegen Frankrijk. In het binnenlands bestuur ging van hem de gedachte uit, de staatsinrichting en het stadhouderschap te beveiligen door een constitutionele eed, welke afgelegd moest worden door alle regenten, ambtenaren, predikanten en Katholieke priesters. Hierbij sluit aan de Acte van Garantie (1788), waarbij de gewesten elkaar het ongerept voortbestaan van bedoelde instellingen waarborgden.Afkerig van hervormingen was v. d. Spiegel echter niet, maar in zijn denkbeelden domineerde een gehechtheid aan het bestaande. Hij wilde slechts zeer geleidelijke wijzigingen, maar met algeheel behoud van de politiek-maatschappelijke structuur. De voornaamste hervorming, welke hij moeizaam bereikte, was een herziening van de quotentabel (1792); ook in de liquidatie van de West-Indische Compagnie en de overdracht van haar bezittingen aan de staat, had hij een werkzaam aandeel. Veel meer heeft v. d. Spiegel niet kunnen bereiken.

Hij stootte op de apathie van stadhouder Willem V, die naijverig bleef op zijn gezag, en slechts door toedoen van prinses Wilhelmina , die v. d. Spiegel zeer genegen was, kon het hem gelukken de prins althans enigszins te leiden. Toen in Jan. 1795 de Franse legers het land overstroomden en de prins naar Engeland uitweek, bleef v. d. Spiegel op zijn post. Hij werd weldra gevangen genomen en bleef tot Dec. 1798 in hechtenis. Bij de Engels-Russische inval in 1799 week hij, om nieuwe gevangenschap te ontkomen, uit naar Lingen, waar hij de erfprins van raad diende, maar onverwacht overleed.

PROF. DR L. G. J. VERBERNE

Bibl.: Verhandeling over den oorsprong en de historie der vaderlandsche rechten, inzonderheid van Holland en Zeeland (1769); Verhandeling over de opkomst, het gezag en den ondergang der aloude hooge of grafelijke vierschaar in Zeeland (Werken van het Zeeuwsch Genootschap, II); Historie van de Satisfactie van Goes (1777); Ontwerpen van de Unie van Utrecht benevens eene lijst van ongedrukte stukken, tot de historie van dezelve Unie betrekkelijk (1778); De geest van het politiek systema van de regering van Amsterdam (1781); Bundel van onuitgegeven stukken, dienende tot opheldering der vaderlandsche historie en van den regeeringsvorm, en voornamelijk der historie van de Unie van Utrecht (2 dln, 1780-1783); Nadenking van eenen staatsman wegens zijn ministerie van Holland (1800); Schets der Regeerkunde; Brieven en negotiatiën (3 dln, 1803).

Lit.: A. J. van der Meulen, Studies over het ministerie van Van de Spiegel (1905); A. de Fouw, Onbekende raadpensionarissen (1946).

< >