Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

SCHELFHOUT, lodewijk

betekenis & definitie

Nederlands schilder en graficus (Den Haag 23 Aug. 1881 - Amstelveen 5 Nov. 1943), kleinzoon van Andreas, leerling van de Haarlemse Kunstnijverheidschool en verder autodidact, schilderde aanvankelijk in de trant der Haagse School, o.a. beïnvloed door Th. de Bock. Tijdens zijn verblijf te Parijs (1903-’13) onderging hij de invloed van Van Gogh en vooral van Cézanne en Le Fauconnier, waardoor hij zich tot cubist ontwikkelde.

Hij bleef echter een typische overgangsfiguur. Hij werkte veel in Zuid-Frankrijk en op Corsica. Het best was hij in zijn grafische werk: droge naaldetsen van landschappen met architectuur of figuren, welke fraai van compositie en licht-donker verdeling zijn. Ook maakte hij series bijbelse prenten en ontwerpen voor glas-in-lood ramen en decoratieve panelen, welke meer van een decoratief talent dan van een sterk expressievermogen getuigen.Lit.: F. M. Huebner, L. Sch. (Amsterdam 1921); Idem, L. Sch. (Leipzig 1921); Idem, in: Der Cicerone, nr 13, 1921; Idem, in: Nieuwe Kunst, nr 1, 1921; Idem, in: Opgang, nr 1, 1921; Idem, in: Jahrbuch der jungen Kunst, nr 2, 1921; Maandblad v. Beeld.

Kunsten, nr 2, 1925. nr 7, 1930; L. Bosch, Ned. prentkunst sedert 1900 (Utrecht 1927); K. Niehaus, Levende Ned. kunst (Amsterdam 1942).

< >